fbpx

Duivenissen

Inlogformulier

Google+

Artikelindex

Deel III Van climax naar climax naar ...

De carrière van Jan Theelen - zeg maar 50 jaar kampioen met duiven - kun je indelen in drie grote periodes, met als scharnieren de komst van het Trutje in 1971 en de totale verkoping in 1990. 50 jaar duivensport van een hoog niveau doorspekt met talloze hoogtepunten en met één grote constante: het zo gemakkelijk kweken van absolute topduiven. Ze zijn wereldberoemd: de Linkse, de 508, de Vale Marathon, de Rode en Zwarte Ladies, de Wondere 10, de Liesbeth... Voeg daarbij het feit dat Jan - zoals de meeste echte kampioenen - een neus heeft voor goede duiven en steeds op het gepaste moment de juiste duif wist in te brengen zonder zijn zelf geteelde stam in gevaar te brengen.
We wandelen vandaag met u door deze galerij van historische duiven en dit tot op de vooravond van de totale verkoping in 1990.

De start

In deel 1 las u reeds hoe het bij Jan Theelen begon: thuis in Neer een duivenlokaal, zelf wat duifjes op zolder, heel bescheiden gestart samen met zijn grote broer en ten slotte zelf begonnen met duiven in 1958 bij zijn café.
Eén van de eerste meesterzetten van Jan Theelen was de aanschaf in 1958 van de Lichtkras NL219004-54 bij Jan Jacobs in Sevenum. Deze Lichtkras Jacobs was toen reeds 4 jaar oud, maar Theelen had het goed bekeken: deze en geen andere zou de enige en echte stamvader worden van de hele oude stam Theelen. Een blik op het bijgaande schema maakt dit overigens vrij snel duidelijk.
De Lichtkras kweekte voor Jan samen met een Belgische duivin meteen twee kampioenen: de Kleine Blauwe 449633-58 en zijn nestbroer de Kleine Geschelpte 449634-58. Deze Kleine Geschelpte werd gekoppeld aan een Witoogduivin van Jan Poels uit Halen en de Kleine Blauwe aan de Donkere Witpen Witstaart van Wuts uit Swalmen. Jan die toen al niet vies was van een beetje inteelt, koppelde de kinderen hieruit (neef en nicht dus) terug met elkaar en zijn eerste kweekkoppel was geboren. Het was de Geschelpte 283344-59 (uit de genoemde Witoog x Kleine Geschelpte) en de Vuile Blauwe Witpen (uit de Kleine Blauwe met de Witstaart).
Zij zijn de ouders van de eerste beroemde duif die in Buggenum het licht zag, de fameuze "Linkse" 1365903-63.
Om zijn basis te verbreden, koppelde Jan Theelen de Lichtkras Jacobs nog aan andere duivinnen waar hij wat in zag. Nog in 1958 herkoppelt hij de Lichtkras met een zuivere Hermansduivin die hij had via een zekere Ramakers uit Heythuysen (Leudal). Dat was lang voor Theelen zelf de weg vond naar Jos Hermans. Uit deze geslaagde koppeling kwam onder meer de Rode Witoger alias de Toegenaaide van 58.Uit deze Toegenaaide werd reeds in 1959 een topper geboren, namelijk de Rode Kampioen 46, voluit 283346-59.
In 1959 paart Jan Theelen met meesterhand de Lichtkras Jacobs aan een duivin van Kurstjens uit Belfeld. Weer raak want hieruit rolt de Saint-Vincentduivin. Deze laatste, NL283242-59 wint 68/2125 Saint-Vincent 1960 als jaarling en zal daarna zelf een goede kweek geven.
Het lijkt wel of Jan Theelen dan reeds een masterplan had, want al deze duiven gaan een rol spelen in de verdere opbouw van de stam. Maar nu eerst even terug naar die eerste kampioen: de Linkse

De Linkse lijn

De Linkse met ring 1365903-63 was ingeteeld naar de oude Lichtkras Jacobs en geleek er ook op als twee druppels water. Hij vloog als jaarling de 1e van Limoges en Jan Theelen - trouw aan het devies "eerst kweken dan spelen" - hield hem direct in voor de kweek.
Goed gezien want de Linkse is een topkweker geworden. Met een Schalie Witpen 373127-69, kleindochter van de Rode Kampioen 283346-59 (zoon van de genoemde Toegenaaide) geeft hij de Zoon Linkse 1414293-71. Ook deze ingeteelde knaap kent er wat van en wint 13 nat. Dax en 36, 80, 151 nat. Barcelona.
Het is duidelijk dat Jan Theelen in Buggenum op een goudader zit, want al die afstammelingen van de Jacobsdoffer kweken zo gemakkelijk door. Jan paart zijn Zoon Linkse met een van Wanroyduivin 1505232-71 uit de lijn van de Sluitring via Breukers Sittard. Dit koppel geeft een nieuwe topper, de beroemde 700, ring NL1734700-77.
De 700 was een duif naar het hart van Jan Theelen: hij kon wel twee dagen vliegen. Dat bewees hij door vanuit Barcelona 23 en 377 nat. te vliegen. Hij zou ook een kapitale kweker worden als vader van onder meer de Vale Marathon NL 263102-82 en de Zwarte Lady 1860811-79.
Belangrijk voor Jan Theelen als meester-kweker was dat hij een sterke kruisingslijn had naast al het rood geweld van de ondertussen massaal aanwezige rode Hermansduiven. Maar daarover meteen meer.

Zwarte Lady

Met de Zwarte Lady, 1860811-79, zijn we aan de zesde generatie kampioenduiven uit de lijn van de Lichtkras Jacobs.
Zoals vermeld was de Zwarte Lady een dochter van de 700. "De Zwarte was echt geen mooie duif," vertelt Jan Theelen, "eigenlijk niet echt een "lady" en bovendien: niemand zou ze gewild hebben. Maar wat een kracht en wat een recuperatievermogen!" Op amper 6 weken tijd vloog de Zwarte Lady:
6/18532 nat. Saint-Vincent 1983
64/8243 nat. Dax 1983
18/13302 Bergerac 1983
Daarmee werd ze zonder verhaal de beste fondduif van Nederland in de klassering whzb van het NPO. In dezelfde moeite door werd ze Asduif 1983 van de Phoenix, maar ook van de Limburgse Fondclub.
Spijtig genoeg zou deze uitzonderlijke duif haar stempel niet kunnen drukken op de ondertussen volwassen wordende fondstam in Buggenum. Na het vliegseizoen werd ze ziek door een ontsteking aan de eileider. Alle middelen werden ingeschakeld om dit fenomeen te redden, maar zelfs een noodoperatie kon niet meer baten. Ze stierf een ontijdige dood..

Oude Donkere Jos Hermans

In de delen I en II las u eigenlijk al hoe Jan Theelen bij Jos Hermans jr terechtkwam door toedoen van vriend Herman Schuttelaar. Jan zou eigenlijk maar een drietal keer bij Jos Hermans langsgaan, de eerste keer in 1963.
"Bij Jos Hermans draaide de duivenverkoop goed," herinnert Jan Theelen zich,"en dat merkte je ook. Jos Hermans was uitermate vriendelijk en behulpzaam, maar van kiezen of zo was geen sprake. Hij besliste wat je kon meenemen en over de prijs viel niet te redetwisten. Ik was behoorlijk onder de indruk en tegelijk ook blij dat ik met een rode jonge duif en een koppel eitjes kon huiswaarts keren."
Uit één van de eitjes werd een donker doffertje geboren dat later de Oude Donkere Hermans zou worden. Jan ringde het met een eigen ring: NL1365990-63.
Na wat heen en weer proberen, bleek dat die donkere Hermans merkwaardig goed aanpakte op de oude soort, met name met een kleindochter van de Lichtkras Jacobs: de Lichte Saint-Vincentduivin. Deze Lichte Saint-Vincent had haar plaats op het kweekhok verdiend door 12 prijzen te winnen op de grote fond.
Uit deze koppeling ontsproot de "Goede 16", NL580016-66, die reeds als jaarling 12 prijzen vloog.
De Goede 16 bevestigde als oude duif en werd daarna een meer dan belangrijke pion in het kweekprogramma. Zijn belangrijkste zoon was de Kleine Blauwe. Deze Klein Blauwe met ring 1414298-71 vloog 11 prijzen op de grote fond en werd op zijn beurt een topkweker. Hij gaf diverse kampioenen die 8 tot 10 prijzen vlogen op de overnacht. Maar we herinneren hem voornamelijk als grootvader van de wereldberoemde Liesbeth.

Oude Rode Hermans

Het rode duifje van Jos Hermans droeg wel een Belgische ring B6303906-63. Het rood werd op zijn beurt een flinke doffer en zou later de Oude Rode Hermans worden. Op zijn stamkaart lezen we: uit Korte Vos met Vaaltje Ghandi. Wat meer studie van de origine leert ons dat de (Oude) Rode uit de sterke lijnen van de Blotte, de Binchou en de Zoon Boot komt. Wat dat betekent vindt u in de bijdrage van vorige week.
Jan koppelde de Rode op zijn beurt aan het beste uit de oude kern, namelijk een dochter van de Rode Kampioen 46 met de Lichtkras Poels. In deze duivin zat al wat Hermansbloed via Ramakers.
Uit deze koppeling rolde een superduif: de Goede Rode 834, voluit 851834-67.

De Goede Rode

De Goede Rode won 10 x prijs op de grote fond en was medewinnaar van de eerste serie 3 op de nationale Saint-Vincent 1974.
Met de resultaten van deze Goede Rode en van de hoger genoemde Goede 16 was meer dan duidelijk dat Jan Theelen met de inbreng van de Hermansduiven nu wel definitief op het overnachtpaard zat. Twee Hermansduiven invoeren en, gekoppeld aan zijn eigen soort, twee keer kampioenen kweken, dat kon niet meer fout gaan.
Uit die lijn van die Goede Rode 834 sproten tal van kampioenen. Zo werd hij bv. de vader van de 20-Kweekduif die we in het hoofdstuk Kuijpers zullen tegenkomen. Maar ook de 10, de Autowinnaar, de Gouden Kweker en de Zwarte Madonna van Lalieu-van Doorn, de Kuijpers 52 enz. voeren zijn bloedlijn.
Jan Theelen deed wat hij moest doen: hij bracht zijn twee Hermanslijnen terug bijeen. Hij paarde de Goede Rode aan een dochter van de Goede 16 (toen gekoppeld aan de 1105591-68 een HVR via dr Linsen) en daarmee deed hij de zet van zijn leven, want hieruit sproot een absolute topkweker: de Goede Kweker 348.

Het Truttespul

Met deze wat oneerbiedige naam doelt Jan Theelen op de hele dynastie van het Trutje, de beste kweekduivin die ooit in Buggenum huisde, rechtstreeks Jos Hermans, niet te vergeten.
Gesterkt door het ontegensprekelijk succes van de Hermansinbreng, toog Jan Theelen in 1971 terug naar Mariaburg-Kapellen. Hij keert terug met een zestal jonge duiven waarvan vooral één rode duivin een schot in de roos was: het ongeëvenaarde Trutje, ring B6770696-71.
Met het kweektalent hem eigen, koppelt Jan Theelen dit Trutje met het beste wat hij al van Jos Hermans in huis had: de zonet genoemde "Goede Kweker 348". Het is duidelijk dat Jan hier bewust aan voorzichtige inteelt doet, want Trutje kwam immers uit een halfbroer van zijn Oude Rode Hermans, grootvader van de Goede Kweker 348.
Uit dit koppel kwamen niets dan kampioenen. "Minstens 20," zegt Jan Theelen en dit met een stelligheid die geen ruimte laat voor twijfel. Eén dus van die zeldzame wereldkoppels. Maar geef toe, hier was eerder kunde dan geluk mee gemoeid.
Vanaf dan zal de hemel boven Buggenum definitief voor dertig jaar lang rood zien van de kampioenen. Minstens 15 tot 20 kinderen uit dit superkoppel konden zich bewijzen in Buggenum, hetzij in de kweek, hetzij op het zware werk. Zeker het dubbele gingen naar derden om daar het mooie weer te maken.

Fameuze 08

Het allereerste jong uit Trutje x Goede Kweker 348 was de Fameuze 08 met de memorabele voetring 580508-72. De 08 werd als super geboren. Hij begreep onmiddellijk wat van hem verwacht werd en vloog reeds 11 prijzen als jaarling, waaronder 1e Orléans in het Samenspel. In
1974 legde hij terug goed aan met 6 kopprijzen, maar kwam dan gewond thuis. Een mirakel dat hij nog thuis kwam, want anders had de duivengeschiedenis er helemaal anders uitgezien... Jan aarzelde niet en verwees hem definitief naar kweekhok. "De allerbeste die ik ooit had," mijmert Jan Theelen, "als ik ooit één duif zou willen terughebben, is hij het wel."
En het is zeker niet enkel Jan Theelen die met de nazaten van de 08 zou lukken: de Autowinnaar bij van de Eijnde-Bernhards, de Rode 50 Vertelman, de Gouden Kweker Brinkman, de Stamvader Wiel Cramers, de Vale Marathon enz. stuk voor stuk stamvaders en alle dragen ze zijn genengarnituur.
De Fameuze 08 werd aan diverse duivinnen gekoppeld, als daar zijn: de Vuile duivin 1414252-71 uit de Broer van de Linkse; de Van den Boschduivin, rechtstreeks uit Berlaar met ring B6433755-68 (moeder van de 1e prov. Dax); een directe Matterne uit de lijn van zijn nationale en internationale winnaars; de 373253-69 en ten slotte de zogeheten van der Wegenduivin.
De beste van deze partners was ongetwijfeld de laatstgenoemde: van der Wegenduivin, NL877244-78, een van der Wegen x Wiel Joosten via Strijbosch uit Venray. Hiermee gaf de 08 onder andere de fameuze Marathonduivin de "60". Zij zou samen met haar zoon de Vale Marathon de Nationale Marathon winnen in 1984. We komen erop terug.
Een andere "08", namelijk de 708 of 1860708-79, was een directe zoon van de Fameuze 08 en vloog ook als een kampioen. Hij vloog in 1981 dertien prijzen met 1, 2, 3, 3, 9 en deed dit in '82 over: 10 prijzen tot Bergerac met 1, 2, 7, ...
Drie andere zonen van de 08, beter gekend als de drie musketiers 1472143-75; 9345585-78 en 235047-81 winnen elk een resem aan prijzen met ook elk een 1e op de overnacht in het Samenspel.
En dat is uiteraard maar een klein greepje uit het prijzengeweld van de directe afstammelingen van de 08. Ook uit de 08 kwamen minstens 20 topduiven weet Theelen.
In het kielzog van de 08 treffen we wereldtoppers aan zoals de El Torro van Kaelen-Broers, de Rode 50 Vertelman, de Vale Bordeaux van Piet de Vogel, de 2 nat. Bergerac van gebr. Kuijpers, de 1e nat. Bergerac van Bennie Homma, de 1 nat. Lourdes van Jo Funcken, 10 nat. Barcelona van Cees van de Poel, en zelfs Sumari en Sumara van de gebr. Brügemann (10 en 18 nat. Barcelona).

De Rode 99

Een broer van de 08 en dus een andere beroemde zoon van het koningskoppel 348 x Trutje, was de Rode 099, ring NL 584099-76.
In '78 gaf hij de "Goede Kweekduivin", NL934639-78, van Lalieu-van Doorn, en insiders weten wat die op de wereld zette. Zo is ze bv. grootmoeder van de Sonja van de gebr. Hagens, 1 internat. Perpignan in 1996. Ze is ook de eigen moeder van de fenomenen van Lalieu-van Doorn als daar zijn de Zwarte Madonna 267624-81 en de Dolle Greet 1082936-80, op haar beurt moeder van de 1 prov. Bourges bij Theelen zelf. De Goede Kweekduivin is tevens overgrootmoeder van Early Bird, 1 nat. Saint-Vincent bij Ravelli-Ramakers.
De Rode 099 was met zijn 14 jaar nog één van de blikvangers op de totale verkoping in 1990 en ging samen met zijn beroemde stalgenoten naar de kweekcentrale van Jaap van der Heiden. Eén van die stalgenoten was overigens nog een dochter van de Rode, met name de beloftevolle kweekduivin "Vetblauw Mooioog".
Uit de lijn van de Blinde, een andere dochter van de 099 zullen Vertelman en na hem Brinkman en Homma topduiven hebben: 2 nat. Ruffec, 3 nat. Bordeaux ZLU, 6 nat. Brives, 33 nat. Barcelona, 1 nat. Bergerac, de Blauwe Ruffec met 6, 8, 14, 21 nationaal enz.
Grote klasse dat Truttespul.

Rode Lady

Na een Zwarte Lady, kweekte Jan Theelen in 1988 een Rode Lady, en dan nog wel een Rode Lady Barcelona, ring NL2381710-88. Ze presteerde het immers om als jaarling 29 nat. te winnen uit Barcelona tegen 6443 duiven. Een glansrijke prestatie en uniek in deze zin dat ze daarmee de allereerste jaarling was op de nationale en internationale uitslag. De Rode Lady zette deze prestatie neer op overbroeden.
Vader van de Rode Lady was weeral een broer van de Fameuze 08 en wel de rode NL1066025-80. Gezien de leeftijd van de ouders (zowel de 348 als het Trutje waren van 71) was deze beauty meteen op het kweekhok gezet.
Moeder van de Rode Lady was een duif, NL1775109-86, die Jan mocht uitzoeken bij de weduwe van Joep Rumkes uit Schinveld. Jan was weg van deze duivin die uit een rechtstreekse Kuijpers kwam en wel uit een zoon van de 20-Kweekduif met een dochter van de Barcelona II. Haar moeder was soort Aarden via Ligtenberg en Brocatus. Om zeker te zijn, nam Jan ook haar zuster mee.
Dat Theelen het goed bekeek, bewees onder andere deze vrouwelijke krachtpatser met haar topprijs uit Barcelona als jaarduif. Als 2-jaarse vloog ze opnieuw per tiental uit Barcelona om datzelfde jaar via de totale verkoping samen met haar beide ouders te verhuizen naar Jaap van der Heiden.
Theelen was in die periode gezegend met enkele sterke Barcelonavliegers. Zo was ook de Rode Barcelona NL1943954-85 een fenomeen die o.a. in 1988 86 nat en in 1989 44 nat. Barcelona wint. Hij kwam uit een zoon van de Fameuze 08 met een Kuijpersduivin.

Nationale Marathon Kampioen

Met zijn rood legioen, was Jan Theelen in de tachtiger jaren moeilijk te kloppen en dus ook een geduchte mededinger in de Nationale Marathoncompetitie. Zo wint hij onder meer:
in 1983 5e nat. Marathon, 2e in de provinciale Limburgse Marathon (na Lalieu-van Doorn met duiven van Theelen!)
in 1984 1e nat. Marathon: Marathonkampioen Nederland 1984 met de Vale Marathon en zijn moeder de 60-duivin
in 1985 8e nat. Marathon
en in 1986 4e nat. Marathon.
De grote overwinnaars in 1984 zijn moeder en zoon! Moeder is de reeds genoemde Rode 60-duivin, 1066060-80, dochter van de Fameuze 08. Ze is voor Jan zijn eerst geklokte duif op Dax en op Bergerac. Ze wint 3 x 1e in het Samenspel. In totaal vliegt ze 10 prijzen op de grote fond om ten slotte te sneuvelen op het veld van eer vanuit Bergerac.
Haar zoon is de ondertussen wereldberoemde Vale Marathon, NL 263102-82. Deze "102" zoals Jan hem nog steeds noemt, piekt onder andere met 77 nat. Barcelona.
Maar zoals gezegd verdiende hij zijn naam door samen met zijn moeder de Nationale Marathon te winnen in '84. Een zoveelste hoogtepunt in de carrière van Theelen.
Achteraf zal de Vale Marathon een beroepskweker worden. Zo is hij o.a. vader van de Blauwe Pau, 7 nat. Pau 1990. Samen met de 10 zal hij een pléiade kampioenen op de wereld zetten, aangevoerd door een juweel van een duif: het Rood Diamantje en heel haar gevolg. Een illustere broer was met name de ook al beroemde Vale Nero van Fons van Ophuizen.
Het Rode Diamantje, ring 2216085-86, is onder meer grootmoeder van de Primus Inter Pares van Pros Roosen uit het Belgische Kermt.
Een andere zoon van de 60-duivin was de 704; deze was ook geen verkeerde met 11, 53 en 65 prov. Dax en 76 prov. Saint-Vincent.

Keizer van de Phoenix

Jan Theelen zit op rozen met zijn vaal en rood legioen. De titels volgen elkaar snel op.
1980 1e generaal kampioen Phoenix
1981 1e generaal kampioen Phoenix
1982 1e generaal kampioen en Keizer van de Phoenix
In 1982 Generaal kampioen Fondclub Limburg
Een ijzeren sterkhouder voor de diverse kampioenschappen is de reeds meermaals genoemde Rode 60-duivin, 1066060-80 van de oude soort, eerste duif op Dax en op Bergerac.
In 1984 wint Jan een superreeks uit Saint-Vincent. Provinciaal wint hij van 2602 duiven: 2, 11, 13, 48. En, wees gerust, in Limburg doen er nog andere kampioenen mee.
Kortom het gaat super in Buggenum. Jan Theelen kweekt aan de lopende band duiven die praktisch niet missen op de grote fond. Het aantal series dat hij daarmee wint, is haast niet te tellen en geeft hem terecht de internationale reputatie van een sterke seriewinnaar.

De fenomenale 10

In 1982 wordt in Buggenum de zoveelste crackduif geboren. En deze is er een van het zuiverste water, namelijk de wondere "10". Bij Jan moeten ze geen opgepoetste namen hebben om prijs te vliegen, de twee of drie eindcijfers volstaan: de 60, de 08, de 10 enz.. Maar wat een respect dwingen die twee cijfers af op het internationale podium!
De 10, voluit NL1402510-82, presteert het om twee jaar na elkaar de provinciale Saint-Vincent te winnen tegen het kruim van Limburg en dat telkens tegen bijna 4000 duiven. Nooit vertoond. Nationaal is dat goed voor:
- 1985 4e nat. van 19344 duiven
- 1986 bij heel zwaar weer, 3 nat. tegen nu 23188 duiven
In 1984 won ze ook al 75 prov. Dax en 113/16632 nat. Saint Vincent (11 prov.)
In 1985 won ze naast haar provinciale overwinning nog 17/13308 nat. Dax (6 prov.)
In 1987 keerde de 10 gekwetst weer van St-Vincent en werd daarna wijselijk thuis gehouden voor de kweek. Finaal werd ze voor een kapitaal bedrag verkocht naar Japan via Jan Hermans.

De 10 was een deels gekruiste duif. Haar vader was de 2255712-80, een late van 80 uit een dr Linsendoffer (soort HVR x Dusarduyn) x Plakduivin B 6670674-71, een rechtstreekse Jos Hermans die mee in het lot zat in 1971 samen met Trutje.
Moeder van de 10, namelijk de 2255718-80 was een echte uit de kweekweelde van de Goede Rode 834. Ze komt voort uit de 207 met 11 prijzen overnacht waarvan 4 keer Barcelona met duivin 884286-76 zelf goed voor 10 prijzen op de grote fond. Deze 286 was een directe dochter van de Goede Rode 834 x Vuile Duivin 1414252-71, eentje van de oude stamduivinnen uit de 787823-65, broer Linkse.
Dat de ouders van de 10 geen toevalskoppel waren, bewees een zus van de 10, namelijk de 235147-81, door moeder te worden van de Autowinnaar van den Eijnde-Bernhards maar ook van de Jorrit 1240366-90 die we volgende week tegenkomen.

De Kuijpers inbreng

Maar Jan Theelen had meer pijlen op zijn boog. Hij heeft er overigens altijd angstvallig over gewaakt om zijn stam niet te laten verzanden in de inteelt.
Het is een bekend gegeven dat Jan Theelen goede maatjes is met streekgenoten de gebr. Piet en André Kuijpers uit Neer . Even bekend is het dat deze gebr. Kuijpers in de jaren 1975-1980 Barcelona echt plat speelden (met o.a. 1, 2, 3, 3, 7, 13, 21 nat. Barcelona) en dit met broers en zussen uit hun ongeëvenaard koningskoppel Zoon Spin x Zuster Pau. Dit ontging natuurlijk ook niet aan huisvriend Jan Theelen die met de broers wel vaker een duifje uitwisselde. Het zal niemand verwonderen dat ze er beiden niet slechter van werden. Bij Jan kwamen er een 15-tal Kuijpers de rangen versterken over de jaren 75-85.
De gebr. Kuijpers bezaten eigenlijk al een superduivin van Jan, namelijk de NL812520-70, beter bekend als de "20-Kweekduif", een dochter van de Goede Rode 834 dan nog wel.
Deze 20-Kweekduif werd o.a. moeder van hun 99-Kweker. Een ongelooflijke vererver die o.a. grootvader is van minstens 4 echte fenomenen:

  • de Superkweker 2122446-83 van Jo van Haaren
  • de Smaragd I, 1200025-82 1 int. Barcelona fem. in 1984 en 2 int. Barcelona fem. 1985 voor Wim van Leeuwen
  • de Smaragd II, 1 int. Barcelona 1988 Wim van Leeuwen
  • de Sherpa, 865526-83 of de 1 nat. Barcelona 87 van Laban van Noordenne uit Hardinxveld

Kuijpers 52

Terecht wilde Jan Theelen wel wat goeds terug uit die 20-Kweekduif van Kuijpers en dat liefst met wat supers uit het Barcelonakoppel. Hij werd op zijn wenken bediend en bekwam de NL578152-76, in heel de duivenwereld bekend als de "Kuijpers 52"
De Kuijpers 52 kwam in Neer uit de nestbroer van de Barcelona I, 1 en 3 nat. Barcelona, tegen een dochter van voornoemde 20 Kweekduif. Hij zou in Buggenum een superieure kweker worden, o.a. vader van de Liesbeth waarover straks meer.
Onthouden we hieruit dat de Kuipers 52 eigenlijk ook een 25% Theelen was.

Gouden Kuijperke 494

Een andere topduif van Kuijpers was het Gouden Kuijperke, NL1063494-83. De bijnaam zegt eigenlijk al genoeg: een goudklompke.
Gouden Kuijperke kwam uit een zoon van de Barcelona I . Haar moeder was de 113-duivin van '76, een volle zus van de Barcelona's I, II en III. Zelf was de 113-duivin goed voor 7e en 38e nat. Barcelona.
Gouden Kuijperke is grootmoeder van de Jorrit alias de Kampioen 366, waarover volgende keer meer.
Andere fameuze kleinzonen van het Gouden Kuijperke waren de Dax en de Blauwe Pau. De Dax won 2/926 Dax ZLU; 3/1204 euregio, 11/9202 internat. terwijl de Pau goed was voor 7 nat. Pau en 83 nat Bordeaux.
Dat ze vooral in 2de generatie toppers gaf, werd ook bewezen bij Eijerkamp: de Blauwe Musketier, weeral een kleinzoon van het Gouden Kuijperke, wint tweemaal de 1e prijs prov. Van Barcelona.
Andere toppers met het bloed van het Gouden Kuijperke zijn: de 1 nat. Saint-Vincent van Ravelli-Ramakers en de 1 nat. San Sebastian van Dieter Tetz, kleinzoon van de Vale Marathon én van Gouden Kuijperke.
Werkelijk 22 karaat fondgoud met Nederlandse waarborg.

Liesbeth

De beroemdste Kuijperstelg in Buggenum was evenwel de Liesbeth, NL934525-78.
Liesbeth werd onsterfelijk door in 1981 de 1e prijs provinciaal uit Saint-Vincent te winnen tegen zowat 9000 duiven. Haar prestatie kreeg nog meer kleur door de voorsprong van 1 uur op de naaste concurrentie en dat bij onmenselijke weersomstandigheden. Vriend Fons schreef haar de sterren in als de "Heldin van de natte hemel"
Liesbeth was een eigen dochter van de Kuijpers 52 en wat voor een!
Haar moeder was 1734504-77, een dochter van de ook al beruchte Kleine Blauwe van Jan, zoon van de Goede 16 met een Hofkensduivin van 75.
In 1982 moest de Liesbeth, genoemd naar de dochter van Theelen, terug in de dans. Ze won 61/16935 nat. Saint-Vincent.
In 1983 kreeg ze weer het vertrouwen van Jan Theelen, maar het was een vlucht te veel: ze ging jammer genoeg verloren vanuit Dax.
Theelen zou Theelen niet zijn als hij toch niet wat voor de kweek opzij had van de Liesbeth.
In tweede generatie gaf ze een serie heel degelijke fondkleppers waaronder
- 159499-84 met 9 prijzen waaronder 19 nat. Dax, 194 nat. Dax en 231 nat. Saint-Vincent
- 1063450-83 met 10 prijzen waarbij 25 nat. Saint-Vincent, 77 nat. Dax en 125 nat. Bergerac

De lijn houden

"Het is gemakkelijker kampioen te worden dan het te blijven". Het is vaker gezegd en het lijkt een boutade, maar het is een harde realiteit. Kijk maar naar de uitslagen van kampioenschappen: er zijn blijvers, maar er zijn ook sterren van één seizoen en zelfs vallende sterren.
Om het zoals Jan Theelen meer dan 40 jaar vol te houden met dezelfde soort, daarvoor moet je talent hebben, kweektalent vooral. De kunst is de lijn te houden zonder de vitaliteit en de punch te verliezen. Zonder inteelt kan dat niet, maar ook niet zonder op tijd wat "vers bloed" in te voeren. Er was dan ook geen enkel seizoen dat Jan niet probeerde iets bij te brengen van goede komaf. En dan moest het alleen maar pakken. "Als het pakt, moet je het meteen terugkoppelen aan je eigen soort," zegt Jan Theelen," dan heb je duiven van 75% en dat zijn de beste."
Uit wat voorafgaat zal duidelijk zijn dat de Rode Hermansen samen met de oude soort de ruggengraat geworden zijn in Buggenum. Het inkruisen van de Kuijpersduiven was een enorm succes, zelfs een versterking. Daarnaast kwam er sporadisch bloed in de stam van onder meer Van Gulck Kallo (overwegend Hermans), van Gust Hofkens (een 10-tal waaronder 6235984-75 een uitstekende dochter van de wondere Geschifte), een topduivin 6343755-68 van Jos van den Bosch uit Berlaar en verder nog wat van Tuyn via Klumpkens, Braakhuis, van der Wegen, Cobut Anderlues, Matterne en zelfs van grootmeester Vanbruaene via Jac Sangers. De ene zette al meer dan de andere een stempel op de stamopbouw. En Jan vergeet er ongetwijfeld.

Op de vooravond...

Tot op de vooravond van zijn totale verkoop kweekt en speelt Jan Theelen als een ware kampioen. Het lijkt allemaal wel vanzelf te gaan: in de soort blijven, forme krijgen als het moet, topduiven kweken...
De laatste tien jaar vóór zijn verkoping in 1990 speelde Theelen 48% prijzen op de grote fond. Zeg maar 1 op 2. Op papier lijkt dat allemaal heel haalbaar, maar als je zoals Jan aan alle vluchten meedoet en telkens met een niet gering aantal duiven, is het toch een wereldprestatie en het bewijs dat je zowat continu over een kern duiven beschikt die niet missen en waar je een kathedraal kunt op bouwen.
In 1989 wordt hij nog gauw kampioen met 1 en 2 in de sterke Fondclub Limburg. En passant werd hij ook een paar keer generaal kampioen van de Fondclub Limburg. Zijn naam wordt met ontzag uitgesproken door vriend en vijand en zijn duiven zijn meer dan ooit gegeerd.
"In 1986 was het zo erg," vertelt Jan,"dat ik geen jongen meer voor mezelf kon overhouden. Alles werd uitgevochten als was het een grabbelton. Ik ben dan naar John gestapt (nvdr John Lalieu) en gevraagd of ik bij hem wat jongen kon kopen. Anders had ik geen jaarlingen in 87. Eerst wou John er geen cent voor, maar zo is Jan Theelen dan weer niet. Hij had ze bij mij ook keurig betaald." Een tiental nam Jan er mee, uiteraard van zijn eigen soort. Met eentje ervan wint hij dan ook nog de 1 prov. Bourges bij de jonge duiven. Twee mensen gelukkig. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de moeder wel de beroemde Dulle Greet was.
Ook op de hele grote fond gaat het excellent in Buggenum en op de valreep voor de verkoping wint Theelen nog snel 29, 44 en 86 nat. Barcelona.

En toch zal het onvermijdelijke gebeuren. Jan Theelen wil op pensioen en dat betekent de" zaak" overlaten en verhuizen. Verhuizen betekent ook dat er duiven wegmoeten. "Dan maar ineens alles verkopen," besluit Theelen. Hoe dat afloopt lees je in volgend deel.

 

Bij de foto's

 

bij Foto fameuze 508
"De allerbeste die ik ooit had," aldus Jan Theelen over deze Fameuze 08, NL580508-72. De 08 werd als super geboren en was het allereerste jong uit de Goede Kweker 348 en het Trutje. Hij startte zijn carrière als topvlieger maar werd na een accident vrij jong een superster op het kweekhok.

 

bij Foto rode 099
De Rode 099, NL 584099-76, broer van de Fameuze 08 en dus ook zoon van het koningskoppel 348 x Trutje.
De 099 is vader van de "Goede Kweekduivin" van Lalieu-van Doorn. Bij zijn directe afstammelingen zijn verder de Sonja van de gebr. Hagens 1 internat. Perpignan, de Zwarte Madonna en de Dolle Greet van Lalieu-van Doorn, de 1 prov. Bourges bij Theelen, 1 nat. Saint-Vincent bij Ravelli-Ramakers, 2 nat. Ruffec, 3 nat. Bordeaux ZLU, 6 nat. Brives, 33 nat. Barcelona, 1 nat. Bergerac bij Brinkman enz.

 

bij Foto wondere 60
De Wondere Rode 60-duivin, NL1066060-80, is een van de betere dochters van de Fameuze 08. Ze wint, samen met haar zoon de Vale Marathon, de Nationale Marathon in 1984. Ze is voor Jan zijn eerst geklokte duif op Dax en op Bergerac. Ze wint 3 x 1e in het Samenspel. In totaal vliegt ze 10 prijzen op de grote fond om ten slotte te sneuvelen op het veld van eer vanuit Bergerac.

 

bij foto Vale Marathon
De wereldberoemde Vale Marathon, NL 263102-82, wint in 1984 het Nationaal Marathonkampioenschap samen met zijn moeder de 60-duivin.
De Vale Marathon vliegt o.a. 77 nat. Barcelona. Achteraf zal de Vale Marathon een beroepskweker worden en dit vooral samen met de wondere 10.

bij Foto Liesbeth
De Liesbeth, NL934525-78 was een eigen dochter van de Kuijpers 52. Liesbeth werd onsterfelijk door in 1981 de 1e prijs provinciaal uit Saint-Vincent te winnen tegen zowat 9000 duiven met van 1 uur vooruit in onmenselijke weersomstandigheden. Vriend Fons schreef haar de sterren in als de "Heldin van de natte hemel"

bij foto beroemde 10
De 10, voluit NL1402510-82, presteert het om twee jaar na elkaar de provinciale Saint-Vincent te winnen tegen het kruim van Limburg en dat telkens tegen bijna 4000 duiven. Nationaal is dat goed voor 4e nat. van 19344 duiven in 1985 en 3 nat. tegen nu 23188 duiven in 1986 bij heel zwaar weer.

 

Hits