fbpx

Duivenissen

Inlogformulier

Google+

De kilometervreters van

Herman Brinkman en zoon

(Tuk, Nederland)

Het zijn gelukkige melkers die een zoon of dochter hebben die zich echt voor de sport van hun vader interesseren. Zo is er ten minste nog wat toekomst weggelegd voor onze dierbare duivensport. Het is een verfrissende blik als je in het inkorflokaal zo een knaap van 15 jaar of wat met een korf duiven en een duivenklok ziet rondzeulen. Zo een gelukkige man is Herman Brinkman die in zijn zoon Rik-Jan (14 jaar) ongetwijfeld een waardige opvolger heeft. Rik-Jan volgt de duivensport reeds jaren op de voet, kent alle duiven, afstammingen, prestaties uit het hoofd. Gebeten door de microbe zoals dat heet. Om hem te motiveren timmerde Herman Brinkman hem een hokje in elkaar en gaf hem de beschikking over zijn eigen duiven. En jawel Rik-Jan bewees onmiddellijk dat hij het ook kon. Met uiteraard dezelfde soort duiven gaf hij zijn vader reeds meer dan eens een pak voor de broek... Zo bijvoorbeeld op Ruffec dit jaar.

Nachtvliegers

Ruffec werd dit jaar gelost met felle zuidenwind bij helder weer. De duiven hadden het zo naar hun zin dat er heel wat 's nachts bleven doorvliegen. Er vielen diverse duiven vóór het einde van de neutralisatietijd en haalden volgens de officiële berekening onwaarschijnlijke snelheden. Ook de Brinkmannen waren heel vroeg uit de veren en kregen er tussen 4 en 5 's morgens drie op de plank: eerst twee van Rik-Jan en dan nog eentje bij Herman. Alle drie kwamen ze op teletekst, met andere woorden driemaal nationale top tien. Door een speling van de computer die alle duiven die tijdens de neutralisatie vallen gelijkschakelt, kwam de duif van Herman uiteindelijk voor de 2 duiven van Rik-Jan op de officiële uitslag. Jammer voor de knalprestatie van Rik-Jan, maar 6, 7 en 8 nationaal in de sector voor vader en zoon samen is toch wereldklasse.

Teletekst

Het was overigens niet de enige keer dat de Brinkmannen op teletekst kwamen dit jaar. In Nederland wordt het als een hele eer beschouwd van je naam eens op teletekst te krijgen. Brinkman lukte dit reeds 22 keer op zeven seizoenen. Ook dit jaar weer 6 maal de naam Brinkman in de nationale top tien en dus op teletekst:

5 nat. Saint-Vincent (sector 4)

6, 7 en 8 nat. Ruffec (sector 4)

2 en 3 nat. Brive in rayon 11 tegen 2000 duiven.

Herman Brinkman is en blijft in Nederland de onbetwiste "Mister Teletekst". Met zijn 22 vermeldingen staat hij denkelijk onbedreigd aan de kop.

Fondspiegel

Waar Brinkman ook de onbetwiste heerser is, is in het kampioenschap van de Fondspiegel. Dit is een gratis kampioenschap voor alle deelnemers aan de zogeheten NPO-vluchten. Dit zijn de officiële nationale fondvluchten met middaglossing. Voor sector 4, waar Brinkman speelt, gaat het hier om Saint-Vincent, Ruffec en Bergerac. Het Fondspiegelkampioenschap gaat er prat op dat het een van de eerlijkste kampioenschappen is in de duivensport. De grote inkorvers komen er immers uit tegen de grote inkorvers en de kleine tegen de kleine. Het is ook een kampioenschap waar de regelmaat, zeg maar het prijspercentage een grote rol speelt. Het volstaat bij de Fondspiegel echt niet om een kopprijs te pakken met je 21e getekende naast 20 duiven die missen. De gewonnen punten worden immers gedeeld door het aantal gezette duiven. Het is dus verdomd moeilijk om er in dit kampioenschap elke keer weer bij te zijn. Je moet immers niet enkel vroeg pakken, maar ook een hoog prijspercentage en liefst kopprijzen spelen. Brinkman is de ongekroonde keizer van dit regelmatigheidscriterium. Zowel in 1996 als 1997 was Herman Brinkman eerste in het klassement over alle categorieën over de laatste drie jaar. In Nederland betekent dit heel wat.

Kilometervreters

Vriend Roger Beullens uit het Belgische Heverlee, die met Brinkmanduiven reeds enkele jaren alles ondersteboven speelt op Barcelona vat het zo samen: "Die Brinkmanduiven krijg je niet kapot. Ze zijn onvermoeibaar en hebben een enorm recuperatievermogen. Ze gaan lang mee en je kan er reeds als jaarling veel van vragen." En dat is exact wat Brinkman met zijn duiven doet en ze dus onrechtstreeks daarop selecteert. Als jaarling moeten ze driemaal mee naar 800 tot 900 km en daar liefst 2 of 3 maal op scoren. De kampioenschappen die Brinkman beoogt win je immers niet met onregelmatige duiven...

Duiven die zo keihard geselecteerd worden op onvermoeibaarheid en op prijsvliegen zijn natuurlijk ook op andere hokken gegeerd. En dat ze ook elders prijsvliegen is ondertussen goed geweten. En niet het minst in België in de streek waar Beullens en Zoon en Alex Rans de Brinkmanduiven de hemel in geprezen hebben met hun wereldschokkende prestaties. Weet u het nog: Alex Rans o.a. 1e internationaal Bordeaux met de Arthur naast diverse provinciale overwinningen; Beullens 9, 10, 27, 74, 81, 82, 85, 91, 93, 111 enz. nationaal Barcelona. Niet te verwonderen dat in hun streek heel wat fondspelers proberen terug te slaan door ook de Brinkmannen in te voeren. Je moet immers de tegenstrever met zijn eigen wapens proberen te verslaan.

Stamopbouw

Herman Brinkman heeft zijn kilometervreters natuurlijk niet zelf gemaakt. De basis werd eigenlijk een beetje toevallig gelegd. Herman Brinkman, van thuis uit met de duivensport grootgebracht wilde fondspeler worden. Dank zij een aankoop van meubelen bij Hans Eijerkamp kon hij er een serie fondduifjes op de kop tikken. Brinkman die toen nog niet wist hoe fondduiven er uitzien was aanvankelijk niet wild van deze duiven: geen lijf, geen rug, kortom spreeuwen. Bijna had hij de hele handel doodgemaakt. Toch bleven ze zitten omdat Eijerkamp de raad gaf geduld te hebben en de duifjes te testen. Ze hadden immers het allerbeste van der Wegenbloed in hun lijf, nog van de oude stam. En het wonder geschiedde: die onooglijke kleinkinderen van o.a. de Lamme werden stamduiven van formaat. Brinkman zou zich er een hok kampioenen van kweken en ermee de smaak proeven van 2 nationale overwinningen. Met die duiven van Eijerkamp kon Brinkman een heel eind op weg. Na een tiental jaren ging hij toch uitkijken naar wat bloedverversing en vond die bij Vertelman, zeg maar de bijna pure Jan Theelenduiven. Nu was het hek helemaal van de dam, want hij haalde bij Vertelman een Superkweker. Hij is vader en grootvader van de Rode Barcelona, Brinkie Boy 1 nat. Limoges en 6 nat. La Crèche, 6 nat. Ruffec, 8 nat. Ruffec, 2 nat. Brive, 8 nat. Limoges, 1 nat. Bergerac bij Homma enz. Een echte dus. Een Theelen met een vleugje "Parel" van der Wegen. Dat pakte als boter op de boterham met de oude van der Wegensoort van Brinkman. Eerlijkheidshalve moeten we nog vermelden dat Brinkman bij de basisduiven nog een vleugje Aarden invoerde via enkele duiven van pa Brinkman. Vooral de Fijne Zwarte (Aarden) zou een belangrijke inbreng hebben.

Geen kruiser

Overigens is Herman Brinkman geen kruiser. Wat ook niet betekent dat hij een prediker is van de inteelt. Inteelt is gewoon de enige weg om de kwaliteit van je hok niet te verliezen, vindt Brinkman. Als je door zorgvuldige selectie een soort duiven bijeen gekweekt hebt die meer kunnen dan de doorsnee, dan moet je daar zorgvuldig mee omspringen. Bergaf kweken is veel gemakkelijker dan je kolonie op peil houden, laat staan verbeteren. Je vindt dan ook heel weinig vreemd bloed bij Brinkman. Wel haalt hij wel eens iets terug bij een melker die met zijn eigen soort keihard presteert op de fond. Dan zit daar vaak wel al wat vers bloed in. Ideaal dus om terug op de basisstam te koppelen. Brinkman beschikt trouwens over een stammetje duiven dat vrij inteeltresistent is. Ze kunnen er goed tegen om in familie gekweekt te worden en blijven goed doorkweken ook na vier of vijf generaties.

Ook internationale successen

In 1987 stond Brinkman op de Olympiade in Dortmund categorie fond. Hier stond de "Schoorsteen" in de schijnwerpers, een fondduif zoals er niet elk jaar één geboren wordt. Ze had het zuiverste van der Wegenbloed via Eijerkamp en werd prompt door deze laatste teruggekocht. Het zoveelste paradepaardje te Brummen. Brinkman wist trouwens reeds vroeger de weg naar de Olympiade. Twee jaar voordien stond hij reeds met de 2de beste fondduif in Oporto.

Ook in het fameuze Wereldkampioenschap Versele-Laga is Herman Brinkman geen onbekende. In de categorie fond werd hij in 1996 3e wereldkampioen met de Blauwe Ruffec. Rikkie, een zoon van de Rode Barcelona, werd in 1997 op zijn beurt 12e wereldkampioen.

De Blauwe Ruffec is overigens een hele goeie met o.a. 6 nat. Ruffec, 8 nat. Saint-Vincent, 14 nat. Limoges en 21 nat. Saint-Vincent;

Cijfermateriaal

"1998 was iets minder dan de vorige jaren," oordeelt Herman Brinkman kurkdroog. Als je veel gewoon bent, verwacht je natuurlijk elke keer meer. Brinkman is de laatse jaren gewoon om 75 tot 80 % te scoren en dat met heel wat kopprijzen. Wat ons betreft vinden we het afgelopen seizoen nog ruim goed. Oordeel zelf:

Saint-Vincent tegen 1517 duiven in Sector 4: 5, 31, 51, 67, 119, 134, 137, 144, 191, 196 of 10 prijzen van 14 duiven.

Ruffec Nationaal 6, 7, 8, 15, enz.

Tarbes in Sector 2 (op 1158 km!) 24, 101, 116, 189, 381 of 5 van de 6 tegen 1989 duiven.

Ook op Brive pal aan de kop in Rayon 11 beginnend met 2, 3, 12 tegen zowat 2000 duiven.

Bergerac: 26 mee en 19 prijzen waarvan 11 per tiental beginnend met nationaal 37, 106, 109, 118, 131, 177, 187, 251, 319, 466, 525,... tegen 5772 duiven in sector 4. En dan tellen we niet de prijzen van zoon Rik-Jan die er ook nog eens 5 per tiental draait.

Dat wordt vast weer een topnotering in de Nationale Fondspiegel. Maar het is nog even wachten op die uitslag.

Successen bij anderen

Het is alom geweten dat de Brinkmansoort gemakkelijk voortkweekt en ook bij derden tot topprestaties leidt. We vermeldden hierboven reeds de Barcelonakrakers van Beullens en Zoon uit Heverlee, wellicht één van de trouwste Brinkmanadepten.

Daarnaast noemt Herman Brinkman uit het hoofd enkele nationale overwinnaars met zijn soort:

1 nat. Ruffec bij J van Smirren;

1 nat. Bergerac bij A.J.Kors;

1 landelijk Wroclaw bij B. Homma;

1 nat. Brive voor Comb. Wagteveld;

1 nat. Bergerac voor A. Wassens;

en niet te vergeten de reeds vermelde 1e internat. Bordeaux van Alex Rans.

Ook de 1e nat. Bergerac 1998 bij Homma uit Wijckel is een 100% Brinkman. Dezelfde duif won vorig jaar al de 11e nat. Bergerac.

Daarnaast nog de 2 nat. Bergerac van van de Berg, 2 nat. La Souterraine van W. Roozendaal, 2 nat. Brive van H. Jansma enz.

René Bekkers uit Beverlo kruiste de Brinkmannen met een andere taaie soort, namelijk Carlens en kweekte hier een superieure fondsoort uit.

Ook het dreamteam van Frans van Wel en Zoon uit Bakel (NL) steunt gedeeltelijk op de Brinkmaninbreng.

Verzorging

In een vorige bijdrage kon U reeds lezen dat het grootste geheim van Brinkman zit in zijn dagboek. Alles noteren wat je doet, wat je opmerkt en daar je les uittrekken is de boodschap van Brinkman. Overigens is Brinkman geen echte maniak van de duivensport. Duiven zijn een hobby en mogen nooit het gezinsleven of het werk in het gedrang brengen. Er zijn nog wat andere waarden in het leven dan (goed) met de duiven spelen. Een zomervakantie met het gezin (5 kinderen) is minstens zo belangrijk, vinden Herman en zijn vrouw Ria.

Een grote poetser is Herman Brinkman ook niet. Zeg maar dat hij het mest goed kan zien liggen op het hok en zelfs in de bakken. In zoverre zelfs dat vader Brinkman als hij langskomt soms de krabber ter hand neemt omdat hij vindt dat je op deze manier geen duiven houdt. Denk nu maar niet dat Brinkman een sloddervos is die alles op zijn beloop laat. Integendeel, hij is zeer alert voor besmetting en voorkomt liever ziektes dan ze te genezen. Zo is hij niet bang van een blinde ontsmettingskuur na elke vlucht. Sluimerende paratyphus vindt hij de grootste en geniepigste vijand. Ook ornithose en aandoeningen van de luchtwegen gaat hij een paar keer per seizoen te lijf met antibiotica.

Het spel

Gezonde duiven met intrensieke kwaliteiten, die zitten in elk geval bij Brinkman in Tuk. Wat ontbreekt er dan nog aan om goed te spelen? "Training en motivatie" is het antwoord van Herman Brinkman. Je mag het effect van training niet onderschatten. Forme komt onder andere door training: goed geoefende spieren zijn "losgevlogen" en stockeren beter hun reserves. Zo worden bij Brinkman de duiven elk weekend gelost op zowat 50 km van huis en krijgen even hun duivin te zien als ze thuiskomen. Een kwestie van er het vuur en de ijver in te houden.

Als motivatie vindt Heman Brinkman het belangrijkste dat de duiven zich goed voelen op het hok en dat ze een terrein te verdedigen hebben. "Ik begin meer en meer te denken," aldus onze zegsman, "dat de verdediging van het territorium - hun bak, een hoekje of een plankje - minstens zoveel meespeelt als de seksuele motivatie, zeg maar het weduwschap of de drang naar de partner."

Ook de voeding vindt de Tukse kampioen heel belangrijk. Ondanks de grote afstanden en de zware beproevingen die hij zijn duiven oplegt, is Brinkman voorstander van licht voer. Tussen twee fondvluchten krijgen de duiven zelfs een tijd pure gerst om de forme in een dal te krijgen. Daarna wordt er lichtjes opgevoerd om te eindigen met vier dagen sport vóór de inkorving. De duiven krijgen wel wat extra mee in de vorm van snoep, maar de modetrend van de pinda's als laatste energiestoot wordt in Tuk niet gevolgd. "Forme creëren op het gepaste moment is het moeilijkste wat er is in de duivensport," weet Herman Brinkman. "Het is vooral een kwestie van GEEN forme te hebben als je ze NIET nodig hebt." Totdaar de gouden raad van een man die blijkbaar de duiven én de methode heeft om elk jaar opnieuw de wereld te verbazen.

 

22 x op Nederlandse Teletekst

= 22 x nationale top 10

1993     7 nat. Ruffec; 3 nat. Brive; 9 nat. Bergerac

1994     5 nat. St.-Vincent; 1 nat. Limoges; 6 nat. Bergerac; 9 nat. Ruffec

1995     4 nat. Bergerac; 6 nat. Ruffec; 8 nat. St.-Vincent

1996     4, 6, 7, 8 nat. St.-Vincent; 6 nat. Limoges

1997     6 nat. Brive

1998     5 nat. St-Vincent; 6, 7, 8 nat. Ruffec; 2, 3 nat. Brive

(Nationale prijzen behaald in Sector 4 of Rayon 11)

 

((((( bij de foto's ))))

1

De vliegende leraar Herman Brinkman, beter bekend als Mister Teletekst. Hier in gedachten verzonken: "Wat kan hij nog bedenken om de concurrenten een voetje voor blijven?"

2

Rik-Jan Brinkman met één van zijn favorieten waarmee hij vader vóór speelde op Ruffec.

3

Een zicht op de bescheiden installatie van Brinkman. Met goede duiven en een goede methode moet je geen mega-kolonie onderhouden om uit te blinken.

4

"Kijk, zo motiveer ik mijn duiven wat extra: hier een plankje, daar een donker hoekje. Laat de duiven maar iets extra inpalmen. Vroege duiven hebben vaak iets te verdedigen op het hok."

5

693934-86 Rianne. Destijds een superieure vliegster met o.a. 16 nat Saint-Vincent en 22 nat. Dax. Nu een voortreffelijke stamduif, moeder en grootmoeder van 9 nat. Bergerac, 30 nat. Limoges,

5 nat. Saint-Vincent, 8 nat. Ruffec, 10 nat. Barcelona, 12 internat. Tarbes enz.

6

4325176-91 Brinkie Boy. Vaandeldrager van het hok. Asduif Overnachtvluchten met o.a. 1 nat. Limoges, 6 nat. La Crèche, 20 nat. Bergerac, 28 nat. Limoges, 79 nat. Ruffec en 84 nat. Ruffec. Nestbroer van Rode Barcelona. Beiden hebben een belangrijke bijdrage in de nieuwe generatie kampioenen. Brinkie Boy is o.a. grootvader van de 1e nat. Bergerac 1998.

Hits