fbpx

Virussen (deel 1)

Nog niet zolang geleden dacht ik bij de naam Corona eerder aan een fris biertje uit Mexico of hoogstens aan de zonnegloed die te zien is bij een zonsverduistering... Vandaag is dat wel enigszins anders... Met zijn allen zijn we nu toch ernstig in de ban van het oprukkende en morbide coronavirus.

Maar gooi wat duivenmelkers bij elkaar en dan gaat het tegenwoordig ook al snel over andere virussen. Te pas en te onpas worden we ermee om de oren geslagen: paramyxo, circo, rota, pokken, adeno, herpes... even zovele boosdoeners die onze duiven beloeren. Wie het wil geloven, kan zijn jonge duiven zowat om de 2 weken enten om toch een beetje mee te kunnen met de grote mensen. Wie zijn wij om ons daarvoor of daartegen uit te spreken? Wees dus niet ontgoocheld als deze bijdrage u niet het verhoopte antwoord biedt.

coronavirus

De opmars van het coronavirus staat zowat dagelijks (februari 2020) bij de hoofditems van het nieuws... Bij Corona denken we vandaag niet meer spontaan aan een fris Mexicaans biertje. Het is overigens niet de eerste keer dat wereldwijd een zich snel verspreidende virusbedreiging opduikt. Het coronavirus dankt zijn naam aan de kroon die het virus omspant. (Afbeelding: Wikipedia)

 

Wat zijn virussen?

Dat we het niet over computervirussen hebben, had u al begrepen; ook al kunnen dat ook vervelende dingen zijn.

Voor de meeste wetenschappers zijn virussen eigenlijk geen levende wezens omdat ze geen eigen voortplantingsapparaat hebben en geen eigen stofwisseling en ze op die vlakken volledig afhankelijk zijn van de cellen van een gastheer: mens, dier of zelfs plant. Daarin verschillen ze dus van bacteriën, schimmels, amoeben en andere microben. Al zijn virussen geen microben (een naam voorbehouden aan levende organismen) toch zijn ze minuskuul klein, zo in de orde van enkele tienduizendsten van een millimeter. Wat ze dan wel zijn? Zeg maar: pakketjes erfelijk materiaal in een omhulsel of vlies. Omdat ze bestaan uit erfelijk materiaal (RNA of DNA) kunnen ze ook muteren en daar zit vaak hun grote kracht in: ze zijn onvoorspelbaar en moeilijk uit te roeien. Denk maar aan het griepvirus dat zowat elk jaar in een nieuwe versie opduikt

Omdat ze niet leven, kun je ze ook niet raken met antibiotica...

Waarom ze dan zo gevaarlijk zijn? Door zich te hechten aan een gastheercel dwingen sommige virussen die cel om hun erfelijk materiaal te reproduceren tot die cel er zelf aan sterft. U kan zelf wel afleiden wat er gebeurt met vitale organen wanneer virussen met miljoenen en miljarden in de aanval gaan.

Gelukkig zijn virussen ook kieskeurig wat hun gastheercellen betreft. Zo bent u als melker niet gevoelig voor bv. het herpesvirus van duiven.

En nog dit: virus (Latijn) betekent oorspronkelijk vergif en het ervan afgeleide virulent betkent 'ziekteverwekkend, aanstekend, besmettelijk'.

Ze zijn met veel

Er zijn in de microbiologie zowat 4400 soorten virussen bekend (anno 2016), gegroepeerd in families, ordes, geslachten enz. Maar daar gaan we u niet mee vermoeien.

De voor ons duivenliefhebbers ongetwijfeld bekende families zijn:

  • adenovirussen
  • circoviridae
  • herpesvirussen, onder meer verwekkers van waterpokken, gordelroos en koortslip
  • paramyxovirussen, onder meer verwekkers van mazelen, bof, pseudovogelpest
  • poxvirussen, verwekkers van pokken
  • reovirussen, onder meer het rotavirus

Maar er zijn er natuurlijk nog veel meer die we jammer genoeg ook kennen zoals ebola, HIV, norovirus (buikgriep), papilloma (baarmoederhalskanker), hepatitis A enz.

Wist u dat er naast het ons bekende para-myxovirus ook een ortho-myxovirus bestaat? U wist het wellicht niet, maar u ken het wel. het is namelijk de familienaam voor bv. het griepvirus en het virus voor vogelpest (de echte dan en niet de pseudo-).

Virussen bestrijden

Het is bekend dat antibiotica niet werkzaam zijn tegen virussen. Als we ze dan toch geven bij een virusbesmetting, is het om te vermijden dat aanwezige bacteriën (zoals toxische coli) van de situatie zouden profiteren en de bovenhand zouden krijgen in een door virussen verzwakt organisme.

De meest doeltreffende manier om virussen te bestrijden zijn antistoffen (Immunoglobulinen of afgekort Ig). Het zijn eiwitten waar mee een organisme zich verweert tegen indringers zoals virussen, bacteriën en bepaalde gifstoffen om ze onschadelijk te maken. Deze antistoffen zijn zeer specifiek voor één bepaald type vijandige indringer, maar het voordeel is dat het lichaam onthoudt welke antistoffen het kan aanmaken voor het geval dezelfde indringer terugkomt. We noemen dit immuniteit.

Immuniteit door de nodige antistoffen kan op 2 manieren verworven worden: door het doormaken en overwinnen van een bepaalde besmetting of door vaccinatie. Het maken van antistoffen is een taak van het immuunsysteem.

dr Jenner

Dr Jenner bij het aanbrengen van pus van koepokken via krasjes op de bovenarm. Dit veroorzaakte een lichte koortsaanval en plaatselijke ontsteking die een rond litteken achterliet. Je werd er wel levenslang immuun mee voor de echte pokken. Misschien hebt u zelf ook nog één of meer van die weinig sierlijke souvenirs op uw linker schouder?

Vaccinatie

We kunnen dus onszelf en onze dieren helpen om over de nodige antistoffen te beschikken door vaccinatie en wel in twee vormen:

  • direct toedienen van antistoffen (passieve immunisatie), bijvoorbeeld het toedienen van een antiserum na een slangenbeet
  • het lichaam zelf aanzetten tot de aanmaak van antistoffen door het te besmetten met een verzwakte of dode of verknipte of zelfs synthetische variant van een bepaalde ziekteverwekker.

Van de tweede methode zijn overigens de termen vaccin en vaccinatie afgeleid. Reeds einde 18de eeuw ontdekte de Britse arts Edward Jenner dat hij de mens immuun kon maken tegen de pokken door  hem te besmetten met het koepokvirus. Dit koepokvirus veroorzaakte een lokale ontsteking (en een litteken) maar daarna was je levenslang beschermd tegen de menselijke pokkenvariant. Als u nu weet dat koepokken in medische taal (Latijn) vaccinia heet (van vacca: koe) dan begrijpt u ineens vanwaar de termen vaccin en vaccineren komen. Het is overigens Louis Pasteur die - een eeuw later - de term "vaccineren" invoerde.

koepokinenting

Een aanplakbrief uit 1940 waar bij de verplichte inenting tegen pokken aan de bevolking wodt meegedeeld. De verplichte pokkenenting werd afgeschaft in 1981 omdat in 1980 het humaan pokkenvirus wereldwijd officieel als uitgeroeid werd verklaard.

Vaccineren (tweede vorm) werkt uiteraard enkel als het immuunsysteem (= de weerstand) van betrokken mens of dier naar behoren werkt. Het immuunsysteem moet immers de gepaste antistoffen aanmaken (de zogenaamde immuunrespons). Dit is afhankelijk van genetische aanleg en vooral van de gezondheid en conditie.

Er zijn ook gemene virussen die erin slagen om het immuunsysteem te verzwakken: u kunt dat een beetje vergelijken met een computervirus dat uw antivirusprogramma uitschakelt. Met name HIV doet dat, maar het rotavirus zou er ook zo een zijn. Duiven besmet met rotavirus zullen dus wellicht onvoldoende antistoffen aanmaken tegen bv. PMV ook bij een behoorlijke inenting.

Maar in grote lijnen kunt u wel stellen dat een goed werkend immuunsysteem heel vaak een besmetting aan de kiem kan uitroeien. Ware dit niet het geval dan zouden bij een epidemie alle individuen even ziek worden en was de aarde wellicht al helemaal ontvolkt en levenloos.

Het ene virus is natuurlijk het andere niet en bepaalde virussen zijn "virulenter" dan de andere.

Overdracht van virussen kan door fysiek contact, door besmetting door stekende insecten, via kleine wondjes (denk aan het pikken in de bek of oogranden maar ook aan de gekwetste follikels bij het enten met het borsteltje), door contact met lichaamsvochten van een ziek exemplaar enz. Hygiëne is belangrijk maar kan nooit alle virusbesmettingen uitsluiten.

De pro- en de antibrigade

Daar waar het mechanisme van inenting -> immuunreactie -> immuniteit wetenschappelijk goed gedocumenteerd en aangetoond is, is niet iedereen even overtuigd van de noodzaak en het nut van talrijke inentingen. En dan hebben we het hier even voornamelijk over humane inenting van jonge kinderen.

Bepaalde religieuze groepen, maar ook natuurgenezers en zelfs enkele medische wetenschappers zijn ronduit tegen talrijke en herhaalde inentingen...
Voor onze duiven hebben we niet meer de vrije keuze wat paramyxovirose betereft, maar de rest is voorlopig volledig naar eigen goedvinden en smaak of volgens advies van uw veearts. De kunst zal er wellicht in bestaan om de gulden middenweg te bewandelen en andermans duiven niet in gevaar te brengen door het enten tegen bv. pokken te verzuimen en besmette duiven toch in te korven.

tetravac smal

Jonge kinderen worden al op heel prille leeftijd ingeënt tegen tal van ziekteverwekkers met combinatieproducten tegen o.a. difterie, tetanus, kinkhoest, polio enz. Wordt dit stilaan ook het lot van pas gespeende jonge duiven? Volgende keer hebben we het erover.

Wat zeggen de anti's?

Over de religieuze motieven willen we kort zijn: bepaalde strekkingen (Amish bvb. maar ook bepaalde reformatorische "Gemeentes") vinden dat ziekte en besmetting de wil van God zijn en dat de mens daar niet in tussen mag komen...
Maar er zijn ook meer doordachte argumenten (gesteund door sommige medici, homeopathen...): inenten op jonge leeftijd zou het immuunsysteem nodeloos ontregelen en de natuurlijke weerstand mogelijks blijvend ondermijnen... het is niet bewezen dat vaccins veilig en effectief zijn... vaccins kunnen gevaarlijke stoffen (sporen van formol, kwik, aluminium...) bevatten... vaccinaties kunnen soms acute gezondheidsproblemen juist opwekken (kinkhoest bijvoorbeeld of stuipen)... de talrijke entingen van jonge kinderen kunnen een verband hebben met de opkomst van "moderne" verschijnselen als adhd, autisme, chronische vermoeidheid, allergieën, intoleranties, auto-immuunziektes... enz. Veel van die bezwaren zijn ondertussen ontkracht.

De pro's stellen daartegen vaak onomwonden dat de anti's domme en onwetende, conservatieve, bijna misdadige mensen en complotdenkers zijn...

We laten ieder zijn overtuiging. Denk vooral niet dat dit hier een pleidooi is tegen preventief enten van mensen of dieren. En over dieren gesproken: ook in het duivenwereldje zijn er twee kampen met name dierenartsen die voor alles en nog wat willen enten en een tegenkamp dat vindt dat we niet moeten overdrijven of panikeren... en daartussen alle tinten grijs.

Antivirusmiddelen

Of er dan geen antivirale middelen zijn? Ze zijn er zeker, maar in heel geringe mate en enkel tegen een heel beperkt gamma virussen. We kennen zeker allemaal Zovirax (Aciclovir) een zalfje waarmee je koortslip (een herpesbesmetting) kunt aanpakken. De meeste antivirale middelen zijn echter voor extern gebruik, maar voor infectieziektes is het nog steeds zoeken naar de silver bullet, al worden er wel stappen gezet in bv. het onderzoek naar HIV, hepatitis, SARS, ebola enz.

Zo is er ook Tamiflu, een enzyme dat griepvverschijnselen moet indijken, maar de mogelijke bijverschijnselen lijken mij op het eerste zicht erger dan de griep zelf.

Bij google kom je daarna al niet veel verder, want je scherm loopt meteen vol met publiciteit voor Norton antivirus, Kaspersky, McAfee, Avast en noem ze maar. Niet echt wat we zoeken als alternatief voor het enten van onze duiven.

Dan maar zoeken naar natuurlijke middelen?

Papier is gewillig, maar volgende natuurlijke middelen zouden volgens diverse bronnen een remmende werking hebben tegen virusaandoeningen:

  • oregano
  • look (allicine)
  • gember
  • kurkuma
  • tijm
  • salie
  • propolis
  • honing
  • laurinezuur (in kokosolie, zie vorige bijdrage over MCT-olie)

Het principe hierbij kan alvast zijn: baat het niet, het schaadt zeker niet.
Maar wellicht het belangrijkste in de strijd tegen virale infecties is het verzorgen van de algehele conditie en het bevorderen van het immuunsysteem door hygiëne, een gunstig milieu (genoeg zuurstof, geen tocht enz.) en ook door het verstrekken van een volwaardige voeding eventueel aangevuld met antioxidanten (bv. de vitamines C en E), omega-3 oliën e.a.

Of toch?

Wetenschappers van het MIT (Massachusetts Institute of Technology) zijn mogelijk toch een silver bullet (een algemeen inzetbaar middel) op het spoor... Ze werken namelijk aan een product, een eiwit met name, dat voorlopig luistert naar de naam DRACO, een letterwoord voor "Double-stranded RNA Activated Caspase Oligomerizer". Een hele mondvol die u en mij natuurlijk niet veel zegt. Kort gezegd komt het erop neer dat een hele resem virussen door het product aangespoord worden om zelfmoord te plegen en dus de besmetting op een "propere" manier te beëindigen. Bijkomend voordeel: gezonde cellen van de gastheer worden niet aangetast. Veelbelovend toch, niet? De werkzaamheid van DRACO is ondertussen aangetoond op geïnfecteerde dierlijke weerfsels in het labo en ook op levende muizen besmet met het griepvirus H1N1. Vandaag is het absoluut nog niet duidelijk of en wanneer DRACO een bruikbaar geneesmiddel wordt voor mens en dier. DRACO zou (voorlopig) werkzaam zijn tegen griep, verkoudheid, knokkelkoorts (dengue)... Maar daarmee zijn we wel nog een heel eind verwijderd van een universeel product dat met succes kan ingezet worden tegen het gevarieerde gamma virussen dat u en mij en onze duiven kan bedreigen...

De boosdoeners

In een volgende bijdrage overlopen we met u het gekende gamma virussen die onze duiven kunnen belagen. We onderzoeken wat ze zijn, wat ze uitrichten en waartegen we tegenwoordig zoal kunnen enten... We denken hierbij uiteraard aan pokken en PMV, maar ook aan adeno-, circo-, herpes- en rotavirussen.

Michel Bommerez

[Disclaimer: de artikelen in de reeks "Het Ei van Columbus" claimen geen wetenschappelijke onderlegdheid of autoriteit.]